Het nieuwe erkenningsdecreet voor geloofsgemeenschappen maakte begin dit jaar een eind aan de jarenlange erkenningsstop in Vlaanderen. Die werd in 2017 ingevoerd door toenmalig minister Liesbeth Homans.
Het nieuwe erkenningsdecreet maakt het mogelijk om opnieuw lokale geloofsgemeenschappen te erkennen, maar weliswaar onder duidelijke voorwaarden. Zo is er een nadrukkelijk verbod op buitenlandse inmenging. Buitenlandse staatsimams, zoals bij Diyanet-moskeeën het geval is, mogen daardoor niet actief zijn in erkende moskeeën. En er komt een verplicht register waarin alle financiële giften boven de 1.000 euro geregistreerd moeten worden. Een nieuw opgerichte Vlaamse informatie- en screeningsdienst kijkt toe op de naleving van deze en andere voorwaarden.
Tegen dit nieuwe decreet trekt Diyanet nu dnaar het grondwettelijk hof. Die vraag om de vernietiging van het decreet door een ministerie sterkt Vlaams Minister van Binnenlands Bestuur Bart Somers in zijn overtuiging dat een verbod op buitenlandse inmenging nodig is.
Vlaams Minister Bart Somers: “Het is een goede zaak dat we opnieuw lokale geloofsgemeenschappen kunnen erkennen. Het nieuwe decreet herstelt het vertrouwen én biedt tegelijkertijd meer controlemogelijkheden. We gaan voor een constructieve band tussen de Vlaamse overheid en álle geloofsgemeenschappen. Daarbij zijn we heel duidelijk: scheiding tussen Kerk en Staat betekent ook een scheiding tussen Kerk en Buitenlandse Staat. De moslims die hier wonen zijn Vlamingen en het overgrote deel van hen heeft geen boodschap aan buitenlandse mogendheden die hun religie proberen te misbruiken. Dat Diyanet hiertegen naar het Grondwettelijk Hof trekt bewijst het belang van de nieuwe wetgeving.”
Het kabinet bekijkt momenteel samen met zijn advocaten de klacht die Diyanet heeft ingediend. Maar dat de minister niet van plan is om af te wijken van zijn koers, mag duidelijk zijn.